Aanvullend Klaagschrift
Inspectie voor de Gezondheidszorg
Postbus 2680
3500 GR Utrecht
Mevrouw P.M. Veeke, Inspecteur

Den Haag, 9 december 2010
Ons kenmerk: JBMA 2010 0302/1361PS
Uw kenmerk : 2010-278962/29564/KM

Geachte mevrouw Veeke,

Ik bevestig de goede ontvangst van uw brief van 12 november 2010.

Met verwijzing naar mijn klaagschrift van 12 november 2010 met bijlagen geef ik namens cliënt mevrouw (..) aanvullend dan wel nog eens kort weer wat zij het Haga Ziekenhuis verwijt:

1. In het pre operatief gesprek dat cliënte had met de uroloog dr. Kropman gaf laatstgenoemde aan dat het een ingewikkelde operatie zou worden en dat zijn specifieke ervaring op 1 operatie per jaar was te stellen. Niettemin, zo blijkt uit het operatieverslag, opereerde een uroloog in opleiding. Cliënte is vooraf hiervan niet op de hoogte gesteld en had hiervoor ook nooit toestemming verleend.

2. Er was/is geen enkele medische reden of noodzaak om bij het verwijderen van de linker nier op het bloedvat van de gezonde rechter nier 4 clips te plaatsen. De consequenties nadien tot heden voor cliënte waren/zijn dan ook enorm.

3. Er is nagelaten voordat de operatie op 2 maart 2010 werd beëindigd om de 4 geplaatste clips op het bloedvat van de gezonde linker nier te verwijderen. Integendeel, deze bleven achter en sloten de gezonde (en enig overgebleven) nier volledig af.

4. In het operatiedossier van de verantwoordelijke operateurs dr. Kropman, uroloog en dr.Knippenberg, vaatchirurg, wordt geen enkele mededeling gedaan dat er op het bloedvat van de gezonde linker nier 4 clips zijn geplaatst. Een zeer belangrijke medische handeling die kennelijk bewust uit het operatieverslag is gelaten of anders als uitermate onzorgvuldig en als verwijtbaar aan te merken.

5. Ondanks aandringen van het verplegend personeel bij dr. Kropman, uroloog, vanwege aanhoudende complicaties na de operatie van 2 maart 2010 – nu de linker nier maar niet wilde functioneren – , weigerde de uroloog dr. Kropman geen nader (beeldvormend) onderzoek te doen. Uiteindelijk greep op 22 april 2010 ( er waren toen 51 dagen zonder medisch ingrepen en volop complicaties verstreken!) de internist dr. Van Buren in en liet op zijn gezag dit beeldvormend onderzoek wel uitvoeren. Daarna werd besloten werd om onmiddellijk en met spoed cliënte aan het LUMC over te dragen voor een zware operatieve ingreep, te verrichten door de uroloog Prof. Dr. Van Baalen en de vaatchirurg Prof. Dr. Van Bockel.

6. Op 28 april 2010 rapporteert de internist dr. Van Buren aan Prof. Dr. Van Bockel, vaatchirurg LUMC: Uiteindelijk (…) vorige week besloten (22 april 2010) om opnieuw beeldvorming van haar niervaten te maken om een eventuele nierarterie uit te sluiten. Tot ieders verrassing (…) werden hierbij 4 operatieclips in de rechter nierarterie aangetroffen die een bijna volledige occlusie van de rechternier veroorzaakten.

Er zijn in het gehele traject ernstige en verwijtbare fouten gemaakt door de uroloog dr. Kropman respectievelijk de vaatchirurg dr. Knippenberg.

Cliënte stond onder zeer intensieve (chemokuur) behandelingen voor niercelkanker met uitzaaiingen welke chemobehandelingen als levensreddend bedoeld waren. Door het medisch zeer onzorgvuldig en verwijtbaar handelen van dr. Kropman, uroloog en dr. Knippenberg vaatchirurg, de hierdoor ontstane complicaties in verband met het uitschakelen van de gezonde nier waardoor de fysieke en geestelijke conditie van cliënte hard achter uit holde bracht in de behandeling van de niercelkanker tenminste een delay van minstens 3 maanden teweeg.

Zoals medisch adviseur drs. M.N.G. Ooms in zijn rapport van 19 oktober 2010 op bladzijde 2 berichtte:

“…..geleid tot een ernstig verlies van kwaliteit van leven, een delay van 3 maanden in de oncologische adjuvante behandeling en dientengevolge consequenties voor het oncologisch proces en wellicht de prognose.

Te uwer informatie zij nog opgemerkt dat de behandelend oncoloog Prof. Dr. Orsanto van het LUMC zich niet wil uitlaten over de consequenties van het medisch onzorgvuldig en verwijtbaar handelen zijdens de uroloog dr. Kropman respectievelijk de vaatchirurg dr. Knippenbergen en anderzijds de ontstane delay in de behandeling van de niercelkanker met uitzaaiingen, nu deze hoogleraar niets van doen wil hebben met het Haga Ziekenhuis edoch niettemin zijn afgrijnzen (ook) in deze kwestie slechts met moeite kan verbergen.

Bij de Officier van Justitie van het Expertise Centrum Medische Zaken van de Rechtbank Rotterdam zal strafrechtelijk aangifte worden gedaan tegen de uroloog dr. Kropman en de vaatchirurg dr. Knippenberg.

Evenzo zullen in een later stadium voornoemde medisch specialisten voor het Medisch Tuchtcollege worden gedaagd.

Ik zie uw berichten met belangstelling tegemoet.

Met vriendelijke groet,
Johannes de Bruin

« « Vorige bericht:  Haga Ziekenhuis en Medirisk | Volgende bericht:  Gedrag en presentatie schaderegelaar expertisebureau » »